
Op de blog van the Crowd schreef Michel van Ast een interessante blog over de succesfactoren voor effectieve peer review. Hij heeft deze blog geschreven naar aanleiding van een workshop die ik samen met Mariel van Pelt van de Master Social Work van de HAN heb gegeven. In de workshop heb ik verteld over mijn onderzoek en het procesmodel dat ik ontwikkeld heb. Vervolgens heeft Mariel verteld op welke manier zij in de opleiding het model gebruiken en welke keuzes ze hebben gemaakt. Een oudere versie van deze workshop is te vinden op HANovatie. Michel van Ast vertrekt in zijn blog bij mijn vier condities voor goede feedback (elementen voor leren) en gebruikt de inzichten uit de workshop om te komen tot zeven succesfactoren voor effectieve peer review. Ik ga in deze blog kort in op deze succesfactoren.
- Feedbackmomenten inplannen
Uit de ervaring van de masteropleiding blijkt dat studenten in het begin moeite hebben om de toegevoegde waarde van het geven van peer feedback te zien. Dit heeft deels te maken met het beeld dat studenten van feedback hebben, de wijze waarop deze werkvorm bij studenten wordt geïntroduceerd maar ook met de inrichting van de werkvorm zelf. Een manier om studenten te ondersteunen in het geven van peer feedback is het inplannen van feedback momenten in het rooster. Bij Social Work noemen ze dit feedbackpractica, waarin studenten in de les in de online omgeving feedback geven op het product van een vooraf gekozen mede-student (peer). De docent gaat vervolgens ter plekke de feedback valideren, waarna meteen de zogenaamde betekenisvolle dialoog gevoerd kan worden. Mijn ervaring is dat dit zeker bij de start van peer feedback/peer review als werkvorm erg waardevol is.
- Model goed kennen
Zoals Michel aangeeft in zijn blog is het belangrijk dat studenten het model en de vier elementen voor leren goed in de vingers hebben om de voordelen van het geven van feedback te realiseren. Mijn ervaring is dat het verstandig is om hier een combinatie van ‘interventies’ in te zetten. Om te beginnen is het verstandig de studenten een korte introductietraining te geven, waarin het model en de achtergrond worden uitgelegd, maar vooral ook wordt geoefend met het geven en ontvangen van peer feedback volgens het model. Daarnaast is het verstandig dat docenten actief omgaan met de mogelijkheid van het valideren en ook de ruimte bieden voor studenten om hier over in gesprek te gaan met de docent en met elkaar. De feedback zelf is namelijk niet een doel op zich, maar een middel om te komen tot een betekenisvolle dialoog die je zonder dit (online) feedback proces niet zou kunnen voeren.
- Feedback vastleggen
Er zijn meerdere voordelen waarom het geven van schriftelijke feedback in een online omgeving meerwaarde heeft op het geven van mondelinge feedback. Het is enerzijds minder vluchtig en anderzijds kunnen studenten er langer over nadenken. Bovendien geeft het de docent de mogelijkheid om de gegeven feedback in 1 overzicht per student te raadplegen. Uit onderzoek van Ineke van de Berg (2003) blijkt dat de combinatie van schriftelijke en mondelinge feedback belangrijk is, omdat in het mondelinge gesprek ook niet product-gerichte feedback functies aan bod komen.
- Feedback valideren
De idee achter het uitgangspunt dat studenten leren van het geven van peer feedback is dat het ook mogelijk moet zijn voor een docent om op basis van de kwaliteit van de peer feedback te beoordelen of een student zijn competenties voldoende ontwikkeld heeft. Er zijn opleidingen waar docenten alleen maar naar de uitgebrachte feedback kijken en niet meer naar de leerproducten. Het beoordelen van de feedback noemen we valideren. Wat feitelijk gedaan wordt is dat de docent aangeeft welke van de vier leerelementen hij in een feedback statement zit. Ook dit proces gebeurt bij voorkeur online en tijdens het leerproces. Het geeft de student inzicht in de kwaliteit van zijn uitgebrachte peer feedback en hij kan zichzelf hierop bijsturen tijdens het leerproces.
- Criteria geven voor feedback
Studenten kunnen leren van het geven van peer feedback. De feedback moet dan echter wel aan bepaalde condities voldoen, namelijk de feedback moet bij voorkeur de vier leerelementen bevatten. Vanuit bestaande literatuur is onderbouwd dat het gebruik van de leerelementen in de peer feedback studenten aanzet tot leren. Het geeft studenten bovendien houvast en maakt dat de feedback op een hoger niveau komt dan het geven van complimenten.
- Liever een statement dan een vraag
Michel geeft in zijn blog aan dat docenten geneigd zijn om in hun feedback aan leerlingen vragen te stellen. De idee hierachter is de leerling aan het denken te zetten. Mijn ervaring is dat het stellen van vragen door studenten als vorm van het geven van feedback duidt op een onvermogen om directe feedback te formuleren. Het is dus niet fout, maar het kan beter. Met de vier leerelementen als houvast zijn studenten minder geneigd om deze vorm van feedback te gebruiken. Het is goed dat studenten vragen stellen, want dat is onderdeel van het reviewproces, maar ze moeten leren deze vraag vervolgens om te zetten in een feedback statement.
- Allemaal dezelfde opdracht
Uit onderzoek blijkt dat er naast de genoemde vier leerelementen een andere conditie is die voorwaardelijk is voor het proces van peer review, namelijk dat studenten in een peer review proces eenzelfde opdracht maken. Zodra studenten een mede-student feedback moeten geven en ze hebben zelf al een vergelijkbare opdracht gemaakt, dan hebben ze een referentiekader waarmee ze het product van hun peer kunnen vergelijken. Dit maakt ook dat ze op bepaalde punten gaan twijfelen aan hun eigen ideeën en deze vorm van reflectie leidt tot leren.
Leave a Reply